Vernieuwing in productontwikkeling (STT62)

'Deze verkenning draaide om de vraag hoe bedrijven uit de Nederlandse maakindustrie hun concurrentiepositie konden verbeteren door de manier waarop ze hun producten ontwikkelen aan te passen.'

Datum 6 oktober 2020
Auteur STT

Door Arie Korbijn

'De start werd gevormd door de constatering van het STT-bestuur in 1997 dat veel Nederlandse bedrijven het weliswaar uitstekend deden, en zich konden meten met de wereldtop, maar dat het beslist niet zeker was dat dit in de toekomst zo zou blijven. De omstandigheden waaronder bedrijven hun producten ontwikkelden was sterk aan verandering onderhevig. Duidelijk zichtbaar was dit bijvoorbeeld bij onze nationale trots Philips waar zich in de voorgaande jaren Operatie Centurion had voltrokken. Operatie Centurion was de grootste reorganisatie en herstructurering in de geschiedenis van Philips en deed Eindhoven en verre omgeving op haar grondvesten schudden. Veel andere bedrijven merkten ook dat producten steeds complexer en kennisintensiever werden. Bedrijven uit de traditionele machinebouw, die van oudsher erg werktuigbouwkundig georiënteerd waren, kregen bijvoorbeeld steeds meer te maken met geavanceerde elektronica en software.'

'Bovendien werd de concurrentiepositie van bedrijven steeds minder bepaald door de kwaliteit van een product maar ook door de snelheid waarmee men in staat was om nieuwe producten op de markt te brengen. In de voorliggende decennia was er veel aandacht geweest voor de fabricagetechnieken en hoe die te optimaliseren. Steeds meer werd duidelijk dat de concurrentiestrijd in de volgende decennia beslecht zou worden tijdens het productcreatieproces. Dit vereiste dat er op een andere manier nagedacht ging worden over de rol die productontwikkeling in de bedrijfsvoering had, de manier waarop je die processen organiseerde en de hulpmiddelen die je daarbij kon gebruiken. Deze verkenning heeft geprobeerd daar een bijdrage aan te leveren.'

'De verkenning bestond uit twee delen. Het eerste deel had een strategisch karakter. In dat deel werd geanalyseerd wat de gevolgen waren van de veranderingen in de mondiale markt waarin de bedrijven opereren voor de organisatie en uitvoering van de productontwikkeling.'

'Omdat de verkenning ging over de toekomstige manieren van werken vond de stuurgroep het heel belangrijk dat we ook keken naar de manier waarop toekomstige ontwerpers en productontwikkelaars worden opgeleid. Het tweede deel van het boek gaf een overzicht van de technieken en hulpmiddelen die bedrijven konden toepassen om hun productcreatieprocessen te verbeteren. Technieken die hierin werden beschreven zijn bijvoorbeeld computer aided design, expertsystemen, collaborative engineering en kennismanagement.'

Zijn er zaken wèl of juist niet uitgekomen?
'
Veel van de methoden en technieken die in deze verkenning zijn beschreven zijn werkelijkheid geworden en in gebruik bij het bedrijfsleven. Sommige onderwerpen zijn waarschijnlijk zelfs alweer passé want duidelijk is dat de ontwikkelingen nog steeds heel snel gaan. Als je met de ogen van nu de verkenning leest, valt wel op hoe nieuw internet toen nog was. We namen behoorlijk de ruimte om uit te leggen wat het was en wat het onderscheid tussen het internet en een intranet was.'

'Het leuke van deze verkenning is dat er duidelijk zichtbare vervolgactiviteiten zijn geweest. Een deel van de verkenning ging over ontwerponderwijs en -onderzoek. We zagen in dat de ontwikkelingen die we beschreven ook gevolgen had voor de manier waarop toekomstige productontwikkelaars opgeleid moesten worden. Het was daarom erg leuk om te zien dat we vrij snel na het uitbrengen van deze publicatie aanvragen kregen van zowel hbo als universitaire opleidingen om het boek als lesmateriaal te gebruiken.'

'Ook op het gebied van onderzoek naar nieuwe methoden en technieken voor productontwikkeling heeft de verkenning duidelijk effect gehad. De verkenning was aanleiding voor het ministerie van Economische Zaken om een zogenaamd Innovatiegericht Onderzoeksprogramma (IOP) te starten, het IOP-Integrale ProductCreatie en Realisatie (IPCR). Dit programma heeft in totaal acht jaar gelopen en tal van mooie onderzoeksprojecten opgeleverd waarin wetenschappelijk onderzoek in nauwe samenwerking met betrokken bedrijven is uitgevoerd. Aangezien ik na mijn STT-tijd was gaan werken bij SenterNovem (de huidige Rijksdienst voor Ondernemend Nederland) die het programma moest uitvoeren, zat ik dicht bij het vuur en werd een paar jaar na het afronden van de verkenning gevraagd om dit IOP mede vorm te geven. Als programmasecretaris heb ik met een stuurgroep het eerste meerjarenprogramma opgesteld en de eerste projecten mee kunnen selecteren en begeleiden. Zowel de verkenning als het IOP waren bijzonder leuk om te doen! ‘Vernieuwing in productontwikkeling’ heeft in ieder geval voor mij persoonlijk erg veel voldoening en inspiratie gebracht, veel nuttige en prettige contacten opgeleverd en een deel van mijn carrière bepaald.'

Een les voor toekomstverkenners van nu?
'Tsja......Ik ben inmiddels te lang niet meer echt actief in het toekomstonderzoek om met enig recht van spreken lessen mee te kunnen geven aan de huidige generatie toekomstverkenners. Daar waag ik me dus niet aan. Wel wil ik de kracht van de STT-werkwijze benadrukken waar ik nog steeds erg in geloof. De publicaties die als eindproduct verschijnen zijn heel mooi en waardevol. Dat valt me nu weer op nadat ik de publicatie vanwege dit STTjubileum voor het eerst sinds lange tijd weer eens uit de kast heb gehaald. De grote kracht zit echter niet in het boekje maar in het feit dat deze visies worden opgesteld in een intensief proces met een groot aantal betrokkenen. Hierdoor zie je dat gedurende het proces de stuuren werkgroepleden zelf hard nadenken over de vraag wat bepaalde ontwikkelingen betekenen voor de maatschappij of voor hun eigen organisatie. Hierdoor ontstaat niet zomaar een visie van enkele ‘trendwatchers’ maar een visie die gedragen wordt door een groot aantal smaakmakers uit een bepaalde sector. Dat is wat mij betreft de belangrijkste les.'

'Is het belangrijk dat die visie ook echt uitkomt? Over die vraag heb ik me in mijn STT-tijd wel druk gemaakt moet ik zeggen. Bij een ingenieur kruipt het bloed soms toch waar het niet gaan kan en wil je misschien wel graag dat wat je ‘ontwerpt’ ook werkelijkheid wordt. Uiteindelijk zag ik ergens een citaat – ik ben helaas vergeten wie de auteur is – wat voor mij de waarde van de toekomstverkenningen mooi samenvat: Een goede toekomstvisie is als een heldere sterrenhemel. Je komt er nooit, maar het wijst je wel de weg. Ik hoop dat er nog heel veel mooie STT-verkenningen mogen volgen!'

STT66 Vernieuwing in productontwikkeling; Strategie voor de toekomst (1999)