INTERVIEW – Horizonscan 2055: kansen en kwetsbaarheden van technologie volgens verschillende groepen uit de samenleving
Emiel Rijshouwer is sinds augustus 2024 toekomstonderzoeker bij Stichting Toekomstbeeld der Techniek (STT). Hij werkt aan STT-publicatie 108, de Horizonscan 2055. Hierin creëert hij een overzicht van emergente technologische ontwikkelingen. Voor de duiding hiervan zal hij naast experts verschillende mensen, groepen of organisaties uit de samenleving consulteren. Wat is wat hen betreft de (positieve of negatieve) impact of waarde hiervan met betrekking tot de maatschappelijke transities die ons allen raken?
Je bent al een aantal maanden aan de slag als toekomstonderzoeker bij STT. Heb je iets bijzonders met de toekomst?
Jazeker. Ik zie grote uitdagingen voor de toekomst, onder andere op het gebied van klimaat, ongelijkheid en democratie. Zowel als ontwerper als socioloog heb ik geleerd hoe beslissingen in het heden van invloed zijn op die toekomst. We kunnen het verleden niet ongedaan maken, de toekomst niet voorspellen en ook niet exact sturen in de richting die we willen. Wat we wel kunnen doen – als onderzoekers en ontwerpers – is bijdragen aan het voorstelbaar en invoelbaar maken van mogelijke toekomsten, zodat tastbaar wordt welke strategische beslissingen op tafel liggen. Als onderzoeker bij Pantopicon, het Leiden-Delft-Erasmus Centre for BOLD Cities en Design & Publics heb ik gemerkt hoe het samen verbeelden van de toekomst helpt om complexe onderwerpen bespreekbaar te maken.
Waarom wilde je werken bij STT?
Van 2009 tot 2013 werkte ik bij een studio voor foresight en design in Antwerpen. We waren lid van STT en ik bezocht verschillende bijeenkomsten. Het prettige aan dat werk vond ik dat we met via co-creatieve processen – met doelgroepen, experts, wetenschappers, beleidsmakers, kunstenaars en ontwerpers – de toekomst rond concrete casussen verkenden. Onderzoekers bij STT benijdde ik omdat zij de tijd kregen om voor langere tijd te focussen op één onderwerp. Ik ben erg blij dat ik die kans nu zelf ook gekregen heb. Dat wil overigens niet zeggen dat ik van plan ben mij een jaar terug te trekken en daarna de resultaten van mijn onderzoek te presenteren. Een belangrijk deel van mijn onderzoek zal eruit bestaan emergente technologieën te duiden met verschillende groepen uit de samenleving: welke mogelijke toepassingen, impact en waarde zien zij?
Ik zie dat je veel co-creatief en participatief onderzoek doet als ontwerper en socioloog. Kun je daar wat over vertellen?
Bij Pantopicon leerde ik participatieve processen vorm te geven. We organiseerden niet alleen co-creatie sessies met relevante stakeholders rond een specifiek onderwerp maar ontwierpen ook de middelen om deze processen te structureren. Deze vaardigheid heb ik ook veelvuldig ingezet in mijn onderzoek bij het Leiden-Delft-Erasmus Centre for BOLD Cities, en het is een belangrijk aspect van mijn werk bij Design & Publics. Hiermee draag je bij aan empowerment (de zeggenschap en het handelingsperspectief) van burgers en bewoners rondom maatschappelijke uitdagingen. Met mijn collega’s heb ik ervaren dat redeneren vanuit gedeelde uitdagingen èn toekomstbeelden hier een effectieve methode voor is.
Met STT-Raad van Advieslid Liesbet Van Zoonen publiceerde ik in 2022 Speculative Design Methods for Citizen Engagement in Smart Cities Research, een boek om (speculatieve) designmethoden in te zetten in onderzoek. We constateerden dat deze methoden een effectief middel zijn om debatten te voeren over de economische, sociale en politieke aspecten van technologische ontwikkeling. Hierom zin ik op mogelijkheden om ook in deze Horizonscan speculatief ontwerp toe te passen.
Je werkt aan een Horizonscan. Waarom vind je dat een interessant onderwerp?
Volgens de OECD (Organisation for Economic Co-operation and Development) is het “a technique for detecting early signs of potentially important developments through a systematic examination of potential threats and opportunities, with emphasis on new technology and its effects on the issue at hand” (in: National Academies of Sciences, Engineering, and Medicine 2020, 235-6). Het in kaart brengen van ‘de nieuwste technologische ontwikkelingen’ vind ik an sich niet zo interessant. Wat me aanspreekt is om te verkennen hoe die technologieën mogelijk toegepast kunnen worden, en hoe dit verschilt voor verschillende groepen in de samenleving. Emergente technologieën worden door de één als enorm beloftevol ervaren, en tegelijkertijd door anderen met angst en argwaan bezien. Om hier meer gevoel en aandacht voor te ontwikkelen ben ik, naast mijn werk, sociologie gaan studeren.
Wat zijn jouw eigen ervaringen met Horizonscans?
Ik gebruik Horizonscans om me te informeren over mogelijk impactvolle ontwikkelingen en om inspiratie op te doen voor projecten. In de theorie rond Horizonscans wordt in verschillende bronnen een duidelijk onderscheid gemaakt tussen horizonscannen – het systematisch in kaart brengen en duiden van weak signals – en foresight – wat meer gaat over betekenisgeving, mogelijke scenario’s en strategische besluitvorming. Ik chargeer een beetje, maar foresight wordt vaak gepresenteerd als een exploratieve, creatieve en participatieve stap op basis van de in horizonscans verzamelde data.
Hoe ga je je onderzoek aanpakken?
Uit de sollicitatiegesprekken concludeerden mijn collega’s dat ik wel erg comfortabel ben met het bedenken, ontwerpen en organiseren van co-creatieve en participatieve processen. Zij – en ikzelf natuurlijk ook – zijn nieuwsgierig hoe die ervaring van toepassing is op iets wat minder voor de hand ligt, en wat meer uit mijn comfortzone is: de Horizonscan 2055.
Mijn onderzoeksvraag is hoe we emergente technologieën kunnen duiden in het kader van grote maatschappelijke transities en wat hun mogelijke toepassing en waarde is volgens experts en verschillende groepen in de samenleving. Waar zien we verschillen en waar zit consensus? Ik start met het scannen van recente Horizonscans zoals die van ARUP, McKinsey, het EU Policy Lab, het Joint Research Centre van de Europese Comissie, het World Economic Forum en het United Nations Development Program (UNDP). De duiding van geïnventariseerde technologieën wil ik graag doen met experts én met relevante groepen uit samenleving. Daarnaast ga ik onderzoeken hoe deze technologieën (en eventueel analyses) toegankelijk gemaakt kunnen worden ons netwerk.
Denk mee!
Mocht u interesse hebben dit onderzoek te volgen of te participeren, dan hoor ik dat graag. De horizonscan van STT begint op gang te komen. Kunt u een interessante invalshoek bieden vanuit uw expertise of interessegebied? Stuur dan een e-mail naar rijshouwer@stt.nl.
De eerste vragen die ik aan u zou willen stellen zijn:
- Wat is voor u het nut/belang van een Horizonscan?
- Welke bestaande scans/bronnen zou ik zeker moeten raadplegen?
- Welke technologieën mag ik niet missen?
- Welke (toekomstige) uitdaging en zijn voor u het belangrijkst?