Young STT: ‘Een nieuwe crisis is wenselijk’
Op woensdag 28 maart 2018 bracht een delegatie van Young STT een bezoek aan het Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO), het grootste onderzoeksinstituut van de Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen (KNAW).
Op woensdag 28 maart 2018 bracht een delegatie van Young STT een bezoek aan het Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO), het grootste onderzoeksinstituut van de Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen (KNAW), om zich verder te verdiepen in het thema circulaire economie. Het NIOO-KNAW is erin geslaagd om een gebouw neer te zetten dat volledig volgens ecologische principes is gebouwd, de benodigde energie van de zon betrekt en het afval zoveel mogelijk hergebruikt. Dé ingrediënten om met vier experts op het gebied van circulaire economie te spreken over de centrale vraag: “Hoe versnellen we de transitie naar een circulaire economie”.
Poep is goud waard
Voordat er met de experts om tafel is gegaan, heeft er een inspirerende rondgang door het gebouw plaatsgevonden. De groep maakte kennis met duurzaam toiletgebruik – want poep is goud waard – en zag hoe de natuur die plaats heeft moeten maken voor het gebouw langzaam weer in ere is hersteld door groene daken.
Erg handig, weet gastheer Dedmer van de Waal, senior onderzoeker bij het NIOO, uit te leggen: “De groene daken trekken bijvoorbeeld veel insecten aan wat erg belangrijk is gezien de enorme afnames van insecten in de laatste decennia”.
Niet minder maar meer
Na de rondleiding door het gebouw gingen de Young STT’ers in gesprek met de experts. Na een korte kennismakingsronde brengt Louise Vet, directeur van het NIOO, in dat het vooral belangrijk is dat de elementen [zoals fosfor, stikstof, etc., red.] ook daadwerkelijk terug gegeven worden aan de natuur om te kunnen spreken over circulaire economie. Een interessant stelling volgens Alexander van der Vooren, welke optrad als secretaris van de commissie duurzame ontwikkeling (DUO) en werkzaam is bij het SER.
Van der Vooren voegt toe dat de volgende factoren op orde moeten zijn om de transitie goed te laten verlopen: institutionele belemmeringen, kennisverspreiding van technologieën, sociale factoren als bewustzijn en waarde van eigendom, maar ook economische wet- en regelgeving. Louise Vet haakt daarop in, en geeft aan dat het zonder het in eigen beheer hebben van bouw, ontwerp en toezicht, het waarschijnlijk niet gelukt zou zijn een dergelijk gebouw als het huidige neer te zetten.
Dit is iets wat ook Robert van Beek (FME), afgevaardigd namens VNO NCW, herkent. Vaak zie je toch dat investeerders los staan van uiteindelijke gebruikers van gebouwen. Van Beek geeft ook aan dat we niet moeten vergeten dat het patatbakje en het wc-papier gewoon blijft bestaan. De vraag die hieruit voort komt is dan ook: gaat het nu om consuminderen of consumanderen? Louise Vet is stellig en legt uit dat het gek zou zijn om energie afkomstig van de zon niet gewoon te gebruiken want dat is er voldoende. We moeten echter eerst op een andere manier energie gaan winnen, innoveren om de zon op allerlei manieren te gebruiken. Duurzaam is dan dus niet minder maar meer!
Nieuwe crisis
Ton Bastein, TNO, mengt zich in de discussie en brengt in dat we vooral niet moeten vergeten dat de maatschappij al jaren geleden gestart is met de circulaire economie. Want niet alleen bestaat het repareren en onderhouden van apparaten, het recyclen van diverse afvalstromen en het bewust omgaan met grondstoffen al lang, we zouden dit ook zonder de ‘trend’ van circulaire economie gewoon blijven doen. “Het is belangrijk om oog te hebben van wat er al is, en niet te doen of we aan het begin staan van een geheel nieuw tijdperk”, aldus Bastein.
Na een interessante discussie naar aanleiding van de ingrediënten die de experts gegeven hebben komt de centrale vraag “Hoe versnellen we de transitie naar een circulaire economie” weer ten tafel en lijkt er vooral een nieuwe crisis noodzakelijk als katalysator om blijvende aandacht en politieke moed teweeg te brengen. Aanwezig op het NIOO wordt al weer snel gedacht aan de insecten; misschien dat hun sterke afname wel een waarschuwing is voor een aanstaande crisis die kan helpen met het versnellen van de transitie naar een circulaire economie.