Belangrijke lessen uit publicatie ‘Het Eeuwige Leren’
Het is onvoorstelbaar dat de rol van technologie in het onderwijs afneemt. We moeten daarom in het onderwijsdomein anticiperen op een technologie-gedreven toekomst, ons onderwijsstelsel voorbereiden op een permanente leerfunctie en bij de implementatie van onderwijstechnologie meer lessen trekken uit het verleden. Dit blijkt uit STT88: ‘Het Eeuwige Leren. Over Leren, Technologie en de Toekomst’. Het eerste exemplaar is tijdens het Toekomstfestival in het NEMO te Amsterdam overhandigd aan Marjan Hammersma, secretaris-generaal bij het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.
Lessen uit verleden
De geschiedenis van EduTech, ofwel onderwijstechnologie, kent een aantal duidelijke trends:
- De introductie van technologie in het onderwijsdomein gaat niet zo snel als men hoopt;
- Het effect van technologie is minder dramatisch dan verwacht;
- De introductie van technologie gebeurt vaak gefragmenteerd;
- Bij de implementatie van onderwijstechnologie is vaak gebrek aan middelen en ondersteunende programma’s;
- De technologie is niet altijd klaar voor gebruik.
Wat opvalt is dat de introductie van nieuwe technologie over het algemeen niet voortkomt uit een vraag van de gebruikers, zoals docenten, leerlingen, ouders of scholen. Vaak wordt de push voor EduTech gedreven vanuit politici, bestuurders en technologiebedrijven die een technologische oplossing voor bestaande onderwijsproblemen presenteren. Er is hierbij onvoldoende aandacht voor de gebruikers: de implementatie van technologie is immers niet alleen maar een technologisch vraagstuk, het succes ervan heeft vooral te maken met menselijk gedrag, vertrouwen en (organisatie)cultuur.
Vóór 2030 hebben we persoonlijke digitale onderwijsassistenten
Als onderdeel van dit onderzoek vroeg STT 66 experts en bestuurders uit het bedrijfsleven, overheid, wetenschap en maatschappelijk middenveld welke toekomstverwachtingen ze hebben voor EduTech. Men voorziet op korte termijn veel veranderingen in de manier waarop we leren, wat we leren, wanneer we leren en waar we leren. Zo denkt men dat we voor 2030 persoonlijke digitale assistenten hebben die ons langdurig begeleiden en helpen leren. Leerlingen spenderen dan meer tijd online dan offline. We gebruiken geen papieren lesmateriaal meer, programmeren wordt in het lager en middelbaar onderwijs een standaard vak en persoonlijke data, over ons slaapritme, dieet en leven, wordt meegenomen in leeranalyses.
Niet alleen verwachten de respondenten op korte termijn veel technologische veranderingen, ze zijn in het algemeen ook erg optimistisch over deze ontwikkelingen. Men vindt het niet voorstelbaar dat de rol van technologie in het onderwijs in de toekomst zal afnemen. Driekwart denkt dat technologische ontwikkelingen in 2040 een positieve invloed zullen hebben op het menselijke vermogen om te leren. EduTech zal volgens de bestuurders leiden tot meer personalisering van het leren, een hogere kwaliteit en rendement van leren, meer toegankelijk onderwijs, en een betere aansluiting bij de leefwereld van leerlingen. De deelnemers aan het onderzoek voorzien echter ook doemscenario’s waarin EduTech leidt tot onpersoonlijk en niet-sociaal onderwijs, een te grote afhankelijkheid van technologie, het verlies van basisvaardigheden, een negatieve gezondheidsimpact en onderwijstechnologie die mensen juist buiten sluit.
Een levenlang leren wordt de standaard
Het toekomstbeeld met het meeste draagvlak onder de experts en bestuurders is een levenlang leren, dat actief ondersteund wordt door het bedrijfsleven. Maar liefst 96% van de respondenten verwachten dat dit voor 2030 staat te gebeuren. Zij vinden het zeer wenselijk om dit te faciliteren zodat we kunnen wisselen van loopbaan, onszelf kunnen blijven ontwikkelen, een inhaalslag kunnen maken, en bij de tijd blijven. De grootste weerzin is er voor technologie die de rol van mensen of menselijke taken overneemt, zoals de inzet van robots en kunstmatige intelligentie.
Behandel de mens niet als machine
Het rapport pleit ervoor om de mens niet als machine te behandelen. Dit betekent dat de bestaande kaders, maar ook de leeromgeving, het curriculum en de methoden zullen moeten verschuiven. Ook moet technologie mensen niet als machines behandelen. Mensen zijn geen computers die met data gevuld kunnen worden, maar leren in een participatief en onafgebroken traject van participatie en interactie. EduTech moet daarom maatschappelijk en pedagogisch verantwoord geprogrammeerd worden. Dit betekent dat er ook bij het ontwikkelen van Edutech voldoende oog moet zijn voor maatschappelijke waarden als privacy, autonomie, veiligheid, controle over technologie, menselijke waardigheid, rechtvaardigheid en een balans van machtsverhoudingen. Omdat er weinig richtlijnen zijn voor het gebruik van technologie in het onderwijs is het belangrijk hier een maatschappelijke discussie over aan te gaan. Die moet zich niet beperken tot het onderwijsveld. Ook het bedrijfsleven, technologie-ontwikkelaars, wetenschappers en de maatschappij moeten actief meedoen in de discussie hoe we technologie moeten inzetten om leren te faciliteren.
Download het STT-rapport Het Eeuwige Leren!
Technologie krijgt een steeds centralere rol in de manier waarop we leren en dit vraagt om nieuwe toekomstbeelden. Het rapport ‘Het Eeuwige Leren. Over Leren, Technologie en de Toekomst’ schetst deze. Klik hier om het rapport te bestellen of downloaden. De publicatie gaat gepaard met de STT documentaire ‘Leren Leren Leren’, waarin leerlingen, leraren, experts en wetenschappers schetsen wat wij in de toekomst met technologie gaan doen… en ook wat technologie met ons gaat doen. Deze documentaire is te bekijken via bovenstaande link.