Ideeën voor nieuwe technologie in de zorg

Uit de reacties in de enquête blijkt onder meer dat vrijwel alle respondenten (94%) verwachten dat het virtueel – al dan niet op grote afstand – bedienen van instrumenten tijdens operaties in 2040 dagelijks zal worden gebruikt door zorgprofessionals. Ongeveer de helft van de respondenten (54%) verwacht dat technologie om de hersenen te stimuleren ter ondersteuning van gesprekstherapie in 2040 onderdeel zal uitmaken van de dagelijkse praktijk. Slechts een derde (33%) van de respondenten verwacht dat er in 2040 software is die helpt om vergeten herinneringen te reconstrueren met behulp van big data.

Naast wat mensen verwachten, werd ook gevraagd naar wat mensen willen. Veel van de toepassingen blijken voor een groot deel (meer dan 75%) van de respondenten wenselijk. Maar over een aantal toepassingen zijn de meningen meer verdeeld, zoals een chip in het lichaam die continue de gezondheidsstatus meet en op basis daarvan advies geeft over leefstijl (49% wil dit niet gebruiken, tegenover 39% die dit wel wil, de rest gaf aan geen mening te hebben).

Respondenten konden in de enquête ook zelf ideeën voor nieuwe toepassingen invullen. Dat leverde een breed scala aan mogelijke toekomstige toepassingen op. Onder meer het idee dat in de toekomst consulten niet meer gericht hoeven te zijn op lichamelijk onderzoek, dankzij monitoring van allerlei lichaamswaarden. De consulten kunnen in plaats daarvan gebruikt worden voor het onderzoeken van emotionele, energetische en mentale aspecten van een persoon, en gericht zijn op het omgaan met ziekte, op empowerment en eigen verantwoordelijkheid.

De enquête is verspreid onder een beperkte groep contacten van STT. In totaal deden 65 mensen aan de enquête mee. Ongeveer een kwart daarvan heeft voor het werk te maken met zorgtechnologie. De respondenten zijn verspreid over verschillende leeftijdscategorieën, van 20-25 jaar tot aan 65+. Er deden iets meer vrouwen dan mannen mee (54% om 46%) en alle respondenten zijn hoog opgeleid.