Herman Mulder, voorzitter SDG-Nederland, over duurzaamheid en technologie in de toekomst
Hoe kunnen de SDG's en een bredere welvaart samengaan met technologie(ontwikkeling) in de toekomst? Het devies van Herman Mulder, voorzitter van SDG Nederland, is urgentiebesef, waardengedreven ontwikkeling en de noodzaak van een joint effort: "een grote ja" van overheden, bedrijfsleven, onderwijs en maatschappelijke organisaties.
SDG-trends en uitdagingen
Op de vraag welke trends een rol spelen op het gebied van de SDG’s is het onmogelijk om voorbij te gaan aan COVID-19. De impact is onmiskenbaar: in het dagelijks leven, in de samenleving en in nagenoeg elke sector. Voor de SDG’s is het een wake-up call. ‘COVID-19 maakt duidelijk dat we onvoldoende voorbereid zijn op existentiële, maatschappelijke ontwikkelingen (hoewel we vaak de signalen waarnemen)’, zegt Herman Mulder. ‘Dat kunnen virussen en ziektes zijn, zoals COVID-19, maar het geldt net zozeer voor de doorzettende klimaatverandering, de grondstoffenschaarste of de toenemende vervuiling. We zien de consequenties van in-actie nu. De crisis versterkt ook de ongelijkheid in de samenleving, nationaal en internationaal. Inclusiviteit is een urgent thema geworden. Niet alleen in Nederland, maar in Europa en wereldwijd. De “leave-no-one behind” SDG’s zijn nu nog belangrijker dan vóór COVID-19. Als we nu een brede maatschappelijke agenda niet oppakken, dan hebben we kennelijk nog meer crises nodig om wakker geschud te worden.'
Tijdshorizon verleggen is cruciaal
De huidige SDG’s 2030 implementeren is één. Twee is doorkijken naar de toekomst, waartoe de Horizonscan 2050 perspectieven biedt. Cruciaal, volgens Mulder. Grote maatschappelijke en economische uitdagingen, zoals klimaatadaptatie en biodiversiteit, manifesteren zich pas op de langere termijn. ‘We moeten nu al maatregelen treffen. Er zijn wel commitments, zoals Net Zero emissies en Zero waste (de circulaire economie) in 2050, maar er is een extra slag nodig.’
Deze extra slag heeft te maken met de complexiteit van de doelenagenda, deels met de lessen van COVID-19, maar ook met politiek leiderschap en praktische aansturing: ‘Rutte3 heeft in mijn ogen onvoldoende ambities neergezet met betrekking tot de SDG’s en teveel aan de private sector overgelaten: teveel traditionele, neoliberale “additionaliteit”, te weinig met visie en katalytisch gedrag. 2030 komt snel dichterbij, en op een aantal SDG’s 2030 doen we het niet goed. Internationaal is het halen van de SDG’s zorgelijk. Ik doe een oproep om Brede Welvaart (“hier, nu, later, elders”) centraal te stellen in een nieuwe regeerperiode en periodes daarna. Brede Welvaart is een “Chef-Sache”. De minister-president en daarmee het gehele kabinet, moeten de leiding nemen en de verantwoordelijkheid voor een agenda, gericht op economische, sociale, duurzame en ecologische welvaart. Uiteraard samen met het bedrijfsleven en maatschappelijk middenveld.’
Samenhangende benadering
Belangrijk is dat de intentie van de SDG’s overeind blijft. De 17 SDG’s vormen een universele doelenagenda, die geïntegreerd moet worden aangepakt. Gebeurt dat niet, dan bestaat het gevaar dat één bepaalde SDG gaat domineren, voorziet Mulder. Bijvoorbeeld klimaatverandering, waardoor andere grote uitdagingen (bijvoorbeeld biodiversiteit of ongelijkheid) nog meer achterstand oplopen. Uiteindelijk leidt dat tot alleen maar méér economische en maatschappelijke ongelijkheid, is zijn ervaring. ‘Mijn SDG 18 is niet voor niets: laat géén SDG achter,’ licht hij toe. ‘Een integrale aanpak is mogelijk als we de missie van de SDG’s als leidende principes nemen. Dat zijn de 5 P’s: de waarden People, Planet, Prosperity, Peace en Partnership. Daar kunnen we ook vanuit een business standpunt naar kijken. Nu zijn de indicatoren om maatschappelijke vooruitgang te meten met name gericht op het Bruto Nationaal Product (BNP). Dat is misleidend, leidt tot roofbouw en ongelijkheden. Ik pleit voor een herdefinitie, door de 5 P’s als indicatoren te nemen voor beleidstoetsing en deze met “shadow accounting” (dat wil zeggen naast de traditionele criteria) zichtbaar te maken.’
Wijze Technologie
Een toenemend belang van de SDG’s toont vrijwel automatisch de waarde van een concept als Wijze Technologie. Het leidt tot technologieontwikkeling en technologiebeleid, die verder kijken dan economisch belang, ook inclusiviteit en duurzaamheid betrekken, en waarin bewust wordt omgegaan met schaarse middelen. Kansen dus voor impactvolle technologieën in de toekomst. Die kansen ziet Mulder ook in positief bijdragen aan een “Grote Ja”: ‘Het is belangrijk dat we nu collectief achter Brede Welvaart en de SDG’s gaan staan en dat we een nieuwe collectieve spirit creëren: “Yes we must, Yes we can, Yes we will.” Niet belerend, maar een kansenagenda, die wetenschap, overheid, bedrijfsleven en burgers positief uitdaagt, aanspreekt en betrekt. Een concept als Wijze Technologie, geënt op de SDG’s en de 5 waarden (5 P’s), kan hieraan een uiterst waardevolle bijdrage leveren.’
Naar het gewenste 2050
Wetenschap is in staat om verandering te katalyseren. Herman Mulder herinnert het zich nog goed. Tijdens zijn studietijd was hij betrokken bij de kritische universiteit. Een maatschappijkritische beweging die ‘de confrontatie organiseerde’ tussen traditionele docenten, studenten en activisten. Waar is deze kritische, duurzame universiteit nu? Essentieel vindt Mulder dat wetenschappers en studenten maatschappelijke relevantie veel nadrukkelijker aan de orde gaan stellen. In het programma, in colleges, praktijkperiodes, in onderzoek en (technologische) innovaties, en in bijbehorende processen. En op elk vakgebied: van wiskunde tot biologie en economie. ‘Het intergenerationele, multidisciplinaire effect gaat een sterke rol spelen. Studenten moeten de ruimte krijgen en de mindset ontwikkelen om bij elk onderwerp de impact op Brede Welvaart aan de orde te stellen. Over 15 jaar zijn zij de nieuwe leiders in onze samenleving’, zegt hij. ‘Het gaat om de beleving van studenten nu: wij zijn de toekomstige generatie, wij geven nu richting en we zien de grote uitdagingen. Wij moeten het gaan doen. En hier het “Grote Ja” aan koppelen: wij zijn het “Grote Ja”. Hogescholen doen dit al voortreffelijk. Universiteiten kunnen dit nog meer cultiveren. Hier zie ik weer het raakvlak met Wijze Technologie, die deze interdisciplinaire blik stimuleert. Wijze Technologie kan positief bijdragen aan een debat, dat leidt tot anders kijken en andere oplossingsvormen.’
Vanuit welke lens kijk je naar de toekomst?
Vaak begint de oplossing met het stellen van de juiste vragen: ‘Wie zijn we? Waar gaan we naartoe? En hoe komen we daar?’ De oplossing ziet Mulder niet in de extrapolatie van wat we nu hebben, en dat beter doen, de smart technologie. ‘De oplossing ligt wel in de onderliggende waarden, daar blijf ik op terugkomen: de 5 P’s’, vervolgt hij. ‘Waar smart technologie meer aanbodgedreven is, doel ik op een omslag naar een meer vraaggestuurde (technologie)ontwikkeling op basis van maatschappelijke behoeftes. Het gaat in feite niet meer om de Topsectoren Nederland van vandaag, maar de Topsectoren over 30 jaar en die zien er heel anders uit.’
Ander concurrentieveld
Interessant is hoe het bedrijfsleven kan aansluiten op Brede Welvaart. Het Nederlandse bedrijfsleven is behoorlijk progressief en innovatief, vindt Mulder. Kansen voor de toekomst ziet hij in rendement ‘verplaatsen’. Het bedrijfsleven moet en kan een eigen perspectief definiëren: hoe kunnen we als sector een bijdrage leveren? Het gaat om een omslag van ‘Business & Society’ naar ‘Business in Society’. De jonge generatie studenten en young professionals, die uitwaaieren naar het bedrijfsleven, kunnen positieve impact maken. Dat geldt ook voor de ontwikkeling naar andere vormen van concurrentie. ‘Gedreven door maatschappelijke behoeften en een agenda als de SDG’s, kom je ook hier uit bij een gezamenlijk belang: concurreren op waarden en als sector(en) voor het “Grote Ja” gaan staan. En voor een andere generatie oplossingen. Wijze Technologie kan zo een kritische, challenging rol spelen. Ik hoop dat het de aandacht krijgt die het verdient om de SDG-agenda centraal te stellen.’